‘Ik ga geen voorstelling over schrijven maken,’ zeg ik tegen mijn docent op de Theater Academie, waar ik drie weken geleden begonnen ben. “Ik lijk wel een wandelend boek, ik ben meer dan alleen schrijfcoach en schrijver!”

Schrijven als kapstok

Soms vraag ik me af of ik het ‘schrijf-aspect’ niet gewoon kan skippen uit mijn werk. Zoveel van mijn schrijfcoaching gaat helemaal niet over het schrijven van een boek. De gesprekken gaan in weze over het worden van wie je bent, het loslaten van wie je niet bent, over het vernieuwen van een oud verhaal.

En toch weet ik ook dat als we de kapstok van het schrijven niet hadden – van een boek dat geschreven wil worden –  we verzinken in deze grote thema’s en vragen. Daarom werkt het juist. Je schrijft een boek en in de kantlijn heel je jezelf.

Het leven is te groot om over te schrijven

Maar ik vond dat ik op het podium die welbekende kapstok wel los kon laten. En schreef ik een paar weken heel hard aan een voorstelling die vooral NIET over schrijven moest gaan, maar over het LEVEN. Maar godsakkes, dat leven he, das best n groot ding.

In mijn creatiecrisis waarbij ik de wanhoop nabij was (wie ben ik? wat wil ik zeggen? ben ik nog iemand zonder schrijven?) stond ik op en pakte ik in een impuls mijn eigen boek van de plank. En heel nauwkeurig scheurde ik bladzijde voor bladzijde uit dat boek. Het voelde als heiligschennis. En tegelijkertijd was het zo bevrijdend. Ik. Ben. Geen. Boek.

Elk boek is onderdeel van een groter verhaal

Het deed me denken aan de netwerkbijeenkomst die ik laatst organiseerde voor de schrijvers die ik begeleid. Normaal zitten al deze schrijvers en boeken in aparte mapjes in mijn archiefkast en in mijn hoofd. Maar nu aan deze tafel werden ze een geheel. En wat ik in een flits zag, was: het lijkt alsof we allemaal individuele verhalen hebben, aparte boeken schrijven – maar eigenlijk schrijven we allemaal een hoofdstuk van een groots universeel verhaal dat verteld wil worden. Steeds opnieuw, met steeds andere woorden.

Een boek lijkt zo afscheiden. Met die twee strakke kaften, gevouwen om Mijn Verhaal. Het voelt soms zo levenloos – eenmaal gedrukt herhaalt dat boek zichzelf de hele tijd. Het wordt niet, zoals bij een voorstelling, steeds opnieuw gemaakt. Maar dat, die afgescheidenheid, is schijn. Wij mensen en onze verhalen zijn zoveel meer verbonden dan we denken. En die gedachte gaf me lucht.

Durf te spelen met iets dat heilig lijkt

Ik haalde nog meer boeken uit de kast. Ik ging er op zitten, ik maakte er muren van, ik vouwde een kaft om mijn hoofd, ik stopte bladzijdes in mijn bh. Ik speelde letterlijk met die boeken. Ik haalde de heiligheid er vanaf. En daardoor konden ze voor mij een nieuwe betekenis krijgen.

Ik kreeg een nieuw idee:  ik ga iets maken over boeken,  maar ik gebruik daarbij zo min mogelijk woorden. En die pagina’s, die hoeven niet in dat boek te blijven zitten. Ik mag uit de kaft komen. En toen was ik niet meer te stoppen. Het stroomde weer.

Je kan niet om je thema/ verhaal heen

Het werkt dus niet om het ergens heel erg niet over te willen hebben. Ik zie dat ook bij de schrijvers die ik begeleid. Er is vaak een passie, of een pijnpunt, waar ze steeds weer op terug komen. Daar kan je weerstand tegen voelen. Terwijl dat ene onderwerp vaak het ding is wat ons het meeste raakt. Waar we liefde voor voelen. Of juist haat. Of waar we ons voor schamen.

Maar je kan er niet omheen. Die ‘liefde’ of die ‘verbinding’ met zo’n thema staat op ons CV geschreven, een CV dat we soms ongewild mee hebben gekregen of hebben gevormd. En op een dag moet je dan uit de ‘kast’ komen – dit is waar ik echt iets over wil en kan zeggen. Zonder vast te komen zitten in de kaft, in de vorm.

De vrijheid zit in de vorm. En in de gemeenschappelijkheid.

Want de vrijheid is namelijk te vinden in de vorm. In hoe je er over schrijft. Daarin zijn talloze mogelijkheden en daar kan je als kunstenaar steeds weer in groeien. Je kan verzinnen, verdraaien, spelen, scheuren, je kan je verhaal naar je eigen hand zetten. Je zit er niet in vast.

En het helpt om je te realiseren dat jouw verhaal niet alleen van jou is. Je bent niet afgescheiden, anders, een apart boek. Je bent onderdeel van een groter boek: we delen thema’s, we leven samen 1 groot oerverhaal, vanuit allerlei verschillende perspectieven. Je zit niet gevangen in je thema – je thema is dat wat je verbindt met de wereld.