Het liefst schrijf ik nu een blog, waarin ik zeg: juist in deze Corona-crisis is het belangrijk dat je blijft schrijven! Maar dat lukt me niet. Want ik geloof er niet in.

Voor de theatervoorstelling die ik maak, haalde ik laatst al mijn 115 volgeschreven dagboeken uit de kast. Ik stapelde ze op als een muur en ging er achter liggen. En ik bedacht me dat ik daar al heel lang lig, verscholen achter woorden. Het woord Firewall kwam in mij op.

Schrijven als Firewall tegen virussen; je beschermt jezelf

Mijn dagboeken zijn mijn Firewall. Door te schrijven, heb ik virussen buiten de deur gehouden. Depressies. Paniekaanvallen. Zelfaanvretende gedachten. Mijn buik omkerende gevoelens. Door negatieve gevoelens en gedachten woorden te geven, heb ik ze onschadelijk gemaakt. Ik geloof in de kracht van elke dag beginnen met schrijven. Het maakt mijn hoofd leeg en zo maak ik ruimte voor creativiteit en hoor ik kleine signalen die mij de weg wijzen.

Het werk van de Firewall is nooit klaar; er is altijd iets te schrijven

Maar ik heb ook altijd geloofd, of misschien eerder gehoopt, dat het op een dag op zou zijn. De woorden. De virussen. Dat ik ook gezond en in balans kon blijven, zonder als elke ochtend als een neuroot te hoeven schrijven.

Maar dat is niet zo. Die drie pagina’s, elke ochtend weer, komen makkelijk vol. Met onzekerheden, twijfels, plannetjes, herinneringen en dromerij.

En opeens maakte me dat moedeloos. Ik keek naar die muur van dagboeken en wist opeens; dit schrijven gaat mij niet redden. En dat was alsof er scheuren in de werkelijkheid kwamen.  Alsof ik van mijn eigen geloof viel. Het construct dat ik had gebouwd begon te wankelen.

Schrijven is niet hetzelfde als leven; een boek is een constructie van de werkelijkheid

Ik werd zo moe van mijn eigen woorden, van het rondje dat ik elke ochtend maak. En in hoeverre heeft me dat nou echt veranderd?  Het leven is geen boek. Een boek is een construct. Het leven is zoveel rauwer, grilliger. Op papier kan ik zaken loslaten, doorgronden en in een roman kan ik de dingen sturen. Maar in werkelijkheid val ik regelmatig terug op oude patronen, waar ik geen grip op lijk te hebben.

Corona schrijf ik niet buiten de deur; de werkelijkheid is te echt

En dat liet het Corona-virus me ook niet. Ik schrijf dat niet buiten de deur.  Ik probeerde het nog even. Om me al schrijvend tegen dit nieuwe virus te beschermen. Maar ik voelde vooral dat niets me nu houvast kan geven. Hoe mooi, helder, waar of eerlijk ik over schrijf over deze tijd, het wordt er niet minder erg door. De werkelijkheid was nu te echt. Dus stopte ik met mijn ochtendpagina’s, met het herhalen van mezelf.

Stoppen met schrijven en zien dat je een leven hebt

In het begin was het verfrissend. Om ’s ochtends gewoon uit het raam te kijken en een kopje thee te drinken, zonder voorovergebogen te zitten over mijn dagboek. Ik deed meer yoga. Ontbeet samen met  mijn dochter aan tafel, nu ze dat niet meer achter haar ipad hoefde te doen, omdat ik zo nodig mijn pagina’s in rust moest schrijven. Ik zag dat ik een leven had. Nu ik niet meer achter die muur van woorden zat.

Zonder schrijven raak ik vol en verlies ik adem

Langzaam werd ik ook kribbig, bijna zonder het zelf te merken. Werd sneller geïrriteerd van mijn dochter die nu de hele dag thuis is en om de minuut haar zin begint met ‘Mam, weet je…’ (Of mam wil je, mam kan je, mam kijk eens) Daarnaast raakte ik in paniek van het idee van een mogelijke lock down en voelde ik mijn oude vriend eenzaamheid onder mijn huid kruipen. Ik dacht een tijdje dat ik Corona had. Druk op de borst, weinig adem, keel-  en knallende hoofdpijn.

Totdat ik op een ochtend – bijna per ongeluk, mijn handen deden het gewoon uit automatisme – bij een kop thee ging schrijven. Ik voelde meteen dat ik meer ademruimte kreeg. Gewoonweg omdat ik woorden gaf aan dat wat ik voelde. En er zijn zoveel nieuwe dingen te voelen en te denken in deze tijd! Ik was er helemaal mee vol gaan zitten.

Schrijven is helend en helpt om je energie te richten

Bijna was ik weer als een ‘gelovige’ aan de slag gegaan. Ik herinnerde me opnieuw hoe belangrijk het voor mij is om te schrijven, om te creëren. Het is voor mij een manier om mijn energie te richten. Elisabeth Gilbert noemde de creatieve geest ooit eens bull dog terrier die tafelpoten gaat aanvreten als hij niet vaak genoeg wordt uitgelaten. Als ik dingen maak, is er minder energie om me zorgen te maken, om destructief te worden.

En ik heb in deze weken een aantal mensen voorzien van feedback op hun tekst en ze schreven me letterlijk dat ik daarmee opnieuw zin had gegeven aan hun leven, dat ze nu iets dieps en waars konden doen in hun quarantaine. En dat is waar. En belangrijk. En levensgevend.

Schrijven zonder dat het je hoeft te redden

Toch was er iets anders nu, na mijn geloofscrisis. Ik schreef niet meer ‘alsof mijn leven er vanaf hing.’ Ik schrijf niet elke ochtend en soms maar een paar zinnen, soms helemaal niets. Ik schrijf, zonder de energie of de hoop dat het mij gaat redden. Schrijven beschermt mij niet tegen dit nieuwe virus en alle pijn en paniek en onrust die er bij komt kijken.

Maar toch. Het ondersteunt me wel.

Geen Firewall maar een Mandala

Langzaam stapelde ik de boeken af en legde ze in een cirkel om mij heen. Ik zat in het midden van mijn eigen woorden-mandala, een zich herhalend patroon van verhalen en gedachten. En ik zat als kloppend hart in het midden. Dat voelde ergens onveilig, onbeschermd maar ook realistisch.

Want de veiligheid zit niet in die boeken, maar in mezelf. Het enige dat ik kan doen, in deze onzekere tijd, is een woord te vinden, een zin, die van binnen iets meer veilig terrein aanlegt. Geen muur, geen afscheiding van de werkelijkheid die in zichzelf veranderlijk, onveilig en onvoorspelbaar blijft.

Schrijven kan je helpen, maar gaat je niet redden. Geef het ruimte.

Dus nee, je Moet niet Juist Nu gaan schrijven. Je hoeft niet Nu je boek af te maken. Of tot een diep transformatief inzicht te komen.  Maar als schrijven je helpt, geef het dan (opnieuw) een kans – en vind een manier die nu voor jou passend is. Eentje die wellicht niet al te krampachtig is, maar waar adem in zit. Dat mag. En vergeet niet af en toe op te kijken van je schrift of je scherm om te ontdekken dat je al een leven hebt.